is het tijdelijk bewaren van bieten, aardappelen, uien enz. in een kuil in de grond, die met lagen stro en grond wordt afgedekt en wel zo, dat het product tegen broei, uitdrogen en vorst beschermd is.
Bij het k. van de op kisten of potten geplante bloembollen, welke voor het vervroegen bestemd zijn, moet de bovenkant van de ingekuilde kisten op gelijke hoogte liggen met het grondoppervlak. Speciale aandacht wordt hierbij besteed aan de grond (ziektekiemen!), vocht en temperatuur. Verder heet k. het in het najaar zeer dicht op elkaar planten van boomkwekerijproducten, nadat deze gesorteerd zijn. Het land komt hierdoor leeg om bewerkt te worden, terwijl het leveren en iater het planten gemakkelijk en snel kunnen plaatsvinden. Vorstgevoelige gewassen kunnen beter tegen weersinvloeden worden beschermd. Kleine planten worden in Boskoop vaak onder glas gekuild.
Ook het inkuilen van gras e.a. veevoederproducten wordt soms k. genoemd en ingekuild gras noemt men kuilgras, enz. (z. Kuilvoer).