In de bovenste lagen van de grond is de temp. van het water sterk afhankelijk van het jaargetijde. liet opnemen van water door de plantenwortels wordt rnoeilijker, naarmate de temp. lager is. .Vis in de winter of in het voorjaar op een zonnige dag de bovengrondse delen der planten door verdamping (transpiratie) veel water verliezen, kan de plant bij lage bodemtemp. (bevroren grond) niet snel genoeg water opnemen. Dit is één van de belangrijkste oorzaken van het uitwinteren der granen.
De temp. van het eigenlijke grondwater (op grotere diepte) schommelt minder sterk en komt ook s zomers niet boven 9 à 12o C. Deze temp. is laag genoeg om er met voordeel gebruik van te kunnen maken bij het koel houden van bewaarruimten (z. Koeltechniek).