Bij het enten heeft men verschillende werktuigen nodig, zonder welke men de bewerking niet verrichten kan. In de eerste plaats moet men in het bezit zijn van een scherp mes om gladde wonden te kunnen maken.
Wel zaagt men de dikke takken af, doch men snijdt deze glad bij! Bij het spleetenten gebruikt men soms een speciaal geconstrueerd instrument, waaraan een scherpe zijde, die met een hamer in ’t hout gedreven wordt. Aan het einde zit een wigvormige tand waarmede men de wonden openhoudt bij het insteken van de enten. Dit instrument noemt men wel entbeitel. Het oculeren geschiedt met een oculeermes, dat voorzien is van een lipje om de schors op te lichten. Een copuleermes mist dit lipje. Behalve dit gereedschap gebruikt men een entpot, waarop de entwas verwarmd kan worden, tenzij men koude entwas gebruikt.