Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

zogauw

betekenis & definitie

Ter inleiding van een voorwaardelijke, tijdaand. bijzin, ook in de verb. van zogauw, zodra.

Als hij in Antwerpen was ontzag hij het zich niet altijd opnieuw tot aan het Museum te wandelen. En van zogauw wij iets groter waren, nam hij ons mee, LIA TIMMERMANS 1961, 85.

< >