Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

zodus

betekenis & definitie

Als bijw.: dus; - als voegw.: alzo (aan het begin van een zin).

Ik weigerde. Latere gebeurtenissen die de lezer in het verder verloop van deze mémoires zullen medegedeeld worden, bewezen hoe verstandig ik gehandeld had .... Ik weigerde zodus, al was het met spijt in het hart, BRULEZ 1950, 18.

< >