Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

wroeter

betekenis & definitie

Harde werker, zwoeger.

Claes was een knap student, een wroeter, een idealist, een die het ver zou brengen, BONI 1948, 146.

Deze onverzoenbare wroeters zijn tien jaren vóór hun dood al gekromd naar de aarde waar zij zullen rusten, TEIRLINCK 1952, 1, 20.

Sam.: wroetersvlijt (Was daar niet taaie wroetersvlijt, zorgende spaarzaamheid en stille liefde versmolten tot heerlijk geronnen goud, VAN HEMELDONCK 1945, 75).

< >