1. Deel waarmee iets verlengd is, dat er de voortzetting van vormt: (het) verlengde; vooral in de verb. in de verlenging van -, in het verlengde van -. (Gall., ter vert. van fr. dans le prolongement de).
Het postnummer wordt geplaatst in een rechthoekige zone van 120 mm lang en 20 mm breed, op 30 mm van de onderste rand en op 10 mm van de zijkant van de zending. De ruimte van 10 mm links van deze zone mag in de verlenging van deze laatste geen enkele aantekening dragen, Postnummers der Belgische gemeenten (brochure) 1969.
2. M. betr. t. filmvoorstellingen e.d.: het prolongeren; op affiches van bioscopen e.d.: geprolongeerd. Ciné Plaza. Verlenging 2de week, Gent 12/8/1976, p. 19.