Van of m. betr. tot affiches, bekendmakingen e.d.: ter kennisname opgehangen zijn of worden; ophangen, aanplakken.
Vergat veldwachter van Gooik bericht aan bevolking uit te hangen? Gazet v. Antw. 1973.
Lees de in het Woluwe Shopping Center uitgehangen programmapanelen en affiches, Uit een reclamefolder jan. 1977.
Het brein achter dit joggen ... had in een hotel waar de meeste Amerikanen verblijven, een aankondiging voor zijn ochtendloop uitgehangen, Laatste Nieuws 30/7/1980.