Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

pootvast

betekenis & definitie

Houvast, gierig, niet vrijgevig; ook oneig.: passend, sluitend (zie de laatste aanh.).

De oude, dorre man bezag mij met genegenheid. Hij was nooit zeer mild geweest met mij, dat lag niet in zijn pootvaste natuur, DE PILLECYN 1962, 121.

Het knelpunt van de zaak ligt elders en het komt ons voor dat de huidige reglementering bijlange niet pootvast genoeg is om met een verregaande strengheid te onderzoeken, aan te klagen en te bestraffen, Gazet v. Antw. 26/7/1977.

< >