M. betr. t. het sociaal recht: pensioen, dat aan het langstlevende gezinslid toekomt [Sociaalrechtelijk Wdb. 1977, 126); in Nederl.: weduwen- en wezenpensioen.
Een weduwe waarvan de echtgenoot uitsluitend zelfstandige geweest is sedert 1957 zal dus niet onderworpen zijn aan het onderzoek naar de bestaansmiddelen voor haar overlevingspensioen, Vrouw en Wereld febr. 1975, p. 32.
In zake overlevingspensioenen bedraagt het hoogste maandelijks pensioenbedrag 69.000 fr. of 828.000 fr. per jaar, Gazet v. Antw. 6/7/1977.
In de loop van september wordt aan de meeste gerechtigden op een rust- of overlevingspensioen ten laste van de pensioenregeling der werknemers, een vergoeding uitbetaald, Gazet v. Antw. 11/9/1977.