(Iem.) in een voertuig laten plaats nemen: ophalen, meenemen, een lift geven enz.
Dan is een ambulance van het hospitaal gekomen en heeft de gekwetste opgeladen, die verder onderweg bezweek, TEIRLINCK 1952, 2.
De rijkswacht zocht tevergeefs naar de fietser. Blijkbaar had een kennis-autobestuurder hem intussen opgeladen en thuis afgezet, Gazet v. Antw. 16/5/1977.