Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

kursaal

betekenis & definitie

Ben. voor het centraal gebouw in een badplaats, veelal met casino, hotel enz.; in Nederl.: kurhaus.

De doeken van Mathieu waren voor 60 miljoen fr. verzekerd zodat het kursaal noch de kunstenaar financieel risico lopen, Gazet v. Antw. 29/6/1977.

Te Oostende is uit de tentoonstelling in de Montrosezaal van het kursaal een bronzen beeldje, waarde 18.000 fr. gestolen ... . Met de bewaking van kunstvoorwerpen in het Oostends kursaal loopt het blijkbaar verkeerd, Gazet v. Antw. 21/7/1977.

Bij de Oostendse Kursaal tonen de lege stoelen hun doorweekte ruggen, Laatste Nieuws 10/7/1980.

< >