Definities van Woordenboek voor praktische kennis in de Ensie H
- Heiligmaker
- Heischalk
- Heisteren
- Heitje
- Hek (scheepvaart)
- Hekelen (vlasserij)
- Hekkelen (landbouw)
- Hekscheede (molenaar)
- Heksenbezems
- Heksenkringen
- Heksenmeel
- Heksenmelk
- Hellebaard
- Helm (verloskunde)
- Helmstok (scheepvaart)
- Helsche steen
- Hemelsche modder (keuken)
- Hempje-licht-op
- Heng (bouwkunde)
- Hengst (baggerwerk)
- Hengst (visscherij)
- Hennegat (scheepsbouw)
- Heraut
- Herdersdicht
- Herdersuur
- Herik (landbouw)
- Hermoes (landbouw)
- Herpsel (landbouw)
- Hersenverweeking
- Hertshoorn
- Herwissel (rechten)
- Hes (kleermaker)
- Hesp (slager)
- Hesseling (visscherij)
- Heugel
- Heul
- Heul (gewelf)
- Heumig
- Heupjicht (geneeskunde)
- Hiel (scheepsbouw)
- Hiel (waterbouwkunde)
- Hiep
- Hieps
- Hijlikmaker
- Hilde (landbouw)
- Hobbekaas
- Hoefbevangenheid (paarden)
- Hoefslag (waterbouwkunde)
- Hoekkeper (bouwkunde)
- Hoekman (effectenhandel)
- Hoeksnelheid (werktuigkunde)
- Hoephout
- Hof
- Hofmeier
- Hofstippels (plantkunde)
- Hogel (bouwkunde)
- Hok (landbouw)
- Hokkeling (veeteelt)
- Holaars (tuinbouw)
- Hollander (papierfabriek)
- Hollandsche haring
- Hollandsche saus (keuken)
- Hollandsche Tuin
- Holpijp
- Holster
- Hom (kleeding)
- Hom (visscherij)
- Hommer (zeevaart)
- Hond (vlaktemaat)
- Hondengaarde
- Hondewacht (zeevaart)
- Hondeziekte
- Hondsdagen
- Hondsdolheid
- Hongerpruimen
- Honingdauw
- Honingzoet (bakkerij)
- Hoofdelijkheid (rechten)
- Hoofdgestel (bouwkunde)
- Hoofdje (plantkunde)
- Hoofdkaas
- Hoofdzeer (geneeskunde)
- Hoog aan den wind liggen (zeilen)
- Hoogaars (visscherij)
- Hooge Raad
- Hooge Raad van Arbeid
- Hooge wal (zeilvaart)
- Hooge wind
- Hooggeld
- Hooggetij
- Hooghalensche ziekte (landbouw)
- Hoogheemraadschap
- Hoogleeraar
- Hoogmis
- Hoogovengas
- Hoogovenslakken
- Hooiboom (landbouw)
- Hooikoorts
- Hoornvlies (ontleedkunde)
- Hoos (gereedschap)