Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

Gepubliceerd op 02-08-2021

alto

betekenis & definitie

1. (1984) (jeugd) (scheldw.) iemand die zich niet conformeert aan door tijdgeest en mode opgelegde regels (kleding is belangrijk maar merken veel minder); iemand die zich anders kleedt en gedraagt dan anderen; kleurloze alternativo. Slaat minder op de politieke overtuiging dan op de interesse voor mode. Afkorting van alternatieveling. Zie ook alternativo*. Een meer denigrerende variant is een zweefkees*.

• Jeugdigen hebben hun eigen woorden. Het zijn meestal krachttermen, maar ook de verschillende buitenstaanders maken een uitgebreide eigen woordenschat noodzakelijk. Zo zijn het de zachtmoedigen en sociaalvoelenden die het nu moeten ontgelden de "socio's" en de "alti's" horen er niet bij. (NRC Handelsblad, 19/07/1984)
• (Jan Kuitenbrouwer: Turbotaal. 1987)
• Ik word een socio of een alto genoemd. (Jeugd en Samenleving, mei 1987)
• Alto, afkorting voor 'alternatieveling'; alternatief figuur met een 'specifieke' kijk op de we-reld, vaak herkenbaar aan zijn baard, zijn jezusnikes en zijn geiten-wollen sokken. (Cor Hoppenbrouwers: Jongerentaal. 1991)
• ‘Beter tien alto’s onder de grond dan één op straat,’ schrijft de gabbernieuws-groep op internet. (Hetty van der Wal & Margot Bleeker: Hakkûh & strak staan. Het Gabbergevoel. 1997)
• Er zijn groepen waar je gewoon niet mee omgaat. Ik zelf trek niet op met alto's of gabbers. (Nieuwe Revu, 13/10/1999)
• (Frank Bierens & Mo Veld: Gigataal. Stijlwoordenboek voor het nieuwe millenium. 1999)
• Gabbers hebben een hekel aan skaters (‘voel je beter, vernietig een skater’), alto’s (‘beter tien alto’s onder de grond dan één op straat’) en straight edgers. (Kitty de Leeuw e.a.: Jong 1950-2000. Gepubl. 2000)
• Ik hopte van de punk naar de kakscene, van de disconaar de alto-scene, van het bruine hippiecafé naar de plaatselijke disco, dronk bier uit het flesje met de punkers, pisang ambon met de disco’s, bessen met de kakkers, rookte weed met de alto’s. (Saskia Noort: Aan de goede kant van de 30. 2003)
• Punks en alto's genieten op het gras van zon en bier. (Elsevier, 09/10/2004)
• Arlene, het stoerste meisje van de klas, een echte alto die elke pauze stond te roken samen met jongens in lange zwarte jassen, zei: ‘Nico Veerman is een viezerik.’ (Henry Sepers: De zondaars. 2005)
• Jelka is alto en rookt zware shag en houdt ervan om Engelstalige songteksten in haar agenda te schrijven. (Renske Jonkman: Zo gaan we niet met elkaar om. 2011)
• … alto’s waren alternatievelingen met lang haar en zwartomrande ogen, die verschillende kleuren veters in hun schoenen deden en merkloze, heksachtige kleding droegen… (Jessica Meijer: Een blik jodenkoeken. 2013)
• Mijn zus noemde mij een ‘mini-alto’ wanneer ik die broek aanhad, een groot compliment. (Renee Kelder: De parttime-junkie. 2014)
• En een cd van Alice in Chains met een hond met drie poten op de voorkant. Tweeënveertig gulden, maar een goede investering. Geen van de alto’s op school heeft ’m. (Jerry Hormone: Het is maar bloed. 2016)
• Wie is er hier een mafkees, kankeralto? Wie denk je dat je bent, kankeralto? (Mick Johan: Totemdier Arafat. 2017)
• Hippiedorp Ruigoord heeft elke laatste zondag van de maand een middag met poëzie en muziek. Voor het roemruchte kerkje koesteren alto’s zich in de zon. (Jan Rot: O ja! 2019)
• Jong, oud, kleine kinderen, honden, oude hippies, alto’s, punkers, housers, rockers: alles liep en danste door elkaar en alles en iedereen vrolijk. (Def P: Heen e… Onweer. 2020)

2. (1980+) (jeugd) (als voorvoegsel) alternatief.

• Ik wilde eruitzien zoals Sandy. Mijn haar in laagjes, strakke zwarte broeken, pumps met hakken, een kort jasje, waarop ik buttons speldde van John Travol-ta en Olivia Newton-John. En met open mond roze kauwgom kauwen. Dit alles tot afgrijzen van mijn moeder, die zich, zoals de meesten van haar medestudenten aan de kunstacademie, een stijl had aangemeten die een mengeling was van hippie en punk, een typische jarentachtig-altolook. (Jannah Loontjens: Roaring nineties. 2016)

< >