Wat is de betekenis van alto?

2024-04-29
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

alto

1. (1984) (jeugd) (scheldw.) iemand die zich niet conformeert aan door tijdgeest en mode opgelegde regels (kleding is belangrijk maar merken veel minder); iemand die zich anders kleedt en gedraagt dan anderen; kleurloze alternativo. Slaat minder op de politieke overtuiging dan op de interesse voor mode. Afkorting van alternatieveling. Zie ook alter...

2024-04-29
Nederlandse Voornamenbank

Meertens Instituut (2020)

Alto

Zie Alt Er is een heilige Alto, hij is stichter van het klooster Altomünster bij Augsburg in de 8e eeuw; kerkelijke feestdag: 9 februari.

2024-04-29
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

alto

(jeugdtaal) iemand die zich niet conformeert aan door tijdgeest en mode opgelegde regels (kleding is belangrijk maar merken veel minder); iemand die zich anders kleedt en gedraagt dan anderen; kleurloze alternativo. Slaat minder op de politieke overtuiging dan op de interesse voor mode. Afkorting van alternatieveling. Voor het eerst gesignaleerd do...

2024-04-29
Woordenboek van Neologismen

Marc de Coster (1999)

Alto

Alto - voor de definitie zie alternativo. Jeugdtaal En de mode komt er op neer dat kinderen in egalitaire tijden naar gelijkheidsfabrieken moeten, en dat je het elitebegrip ziet terugkeren in tijden van prestatie en concurrentie. Of, dat ze kiezen of ze kakker of alto worden. Trouw, 07-11-97 Hippies, alto’s, daar hebben we ook een vreselijke hekel...

2024-04-29
Voornamenboek

Dr. Johannes van der Schaar (1964)

Alto

m -> Alt (Fri.). Er is een heilige Alto, hij is stichter van het klooster Altomünster bij Augsburg in de 8e eeuw; kerk. feestdag: 9 febr.

2024-04-29
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Alto

altstem; altviool; alttrompet.

2024-04-29
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Alto

alt.

2024-04-29
Woordenboek Italiaans (IT-NL)

A. Lankhout en J.E. Bas Backer (1951)

alto

hoog; groot (gestalte); ad alta voce, met luider stemme; dall’alto, van boven af; in alto, naar boven! l’alta Italia, Opper-Italië; hoogte; halt, rustplaats; alto là! halt! opgepast! far alto, halt houden.

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-29
Spaans woordenboek (SP-NL)

Dr. C.F.A. van Dam (1948)

Alto

adj. hoog, lang; uitstekend, voortreffelijk; luid, sterk, krachtig; horno alto, m. hoogoven; alta traición, f. hoogverraad; a las altas horas de la noche, op het late avonduur; pasar por alto una cosa, iets met stilzwijgen voorbijgaan; adv. hablar alto, luid spreken; m. hoogte; verdieping; heu...