(afgek. W.P. of naar het Lat. Patres Albi: P.A.), aldus genoemd naar hun witte kleding, zijn leden van het Gezelschap der Missionarissen van Afrika, in 1868 gesticht door kardinaal Lavigerie.
Het gezelschap bestaat uit priesters (wereldgeestelijken, geen regulieren) en broeders, die zich door een eed verbinden om volgens de regels der Sociëteit hun krachten aan het bekeringswerk in Afrika te wijden. De zelfstandige Nederlandse provincie dateert van 1943 en telde in 1953 zeven huizen.De Witte Paters worden in de missie bijgestaan door de zgn. Witte klisters of Congregatie van de Zusters-Missionarissen van O.L. Vrouw van Afrika (uitsluitend missie-congregatie), in 1869 eveneens door kardinaal Lavigerie gesticht. Zij oefenen het apostolaat uit onder de Mohammedaanse en heidense vrouwen en kinderen en verzorgen de zieken hetzij thuis of in hospitalen en geven alle soorten onderwijs, van kleuterschool tot lycea. Zij hebben zich in 1887 in Nederland gevestigd.