is een gevoel van onbehagen, dat opgewekt wordt door een onlust-reactie op de waarneming of voorstelling van een bepaald object, een bepaalde situatie of een bepaald gebeuren, waaraan men een schadelijke invloed op eigen existentiële belangen toekent. Zodra die waarneming of voorstelling ophoudt, verdwijnt ook de vrees.
In tegenstelling tot de angst is vrees dus aan een object gebonden en verstandelijk gemotiveerd (men vreest iets, doch men heeft angst). Angst kan, wanneer men zich van zijn oorzaak bewust wordt, in vrees overgaan, terwijl vrees op zijn beurt tot angstontwikkeling aanleiding kan geven.