Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 06-08-2022

Stotteren

betekenis & definitie

is een spraakstoornis, in tegenstelling tot aphonie, dat een stoornis is van het vermogen om taal te gebruiken. Bij stotteren is de harmonische samenwerking van de spieren die bij het gebruik van de spraakorganen zijn betrokken, verstoord.

De spreker heeft moeite om een bepaalde spraakklank of combinatie van spraakklanken vlot te produceren; hij beheerst de spierbewegingen niet. Het kenmerkende krampachtige proberen duidt reeds op psychische oorzaken. Stotteren neemt men doorgaans waar op 4- of 5-jarige leeftijd; het verergert langzamerhand, maar vermindert naarmate de leeftijd vordert. Het komt meer voor bij mannen dan bij vrouwen en is op jeugdige leeftijd het best te genezen. Het zgn. clonisch stotteren kenmerkt zich door herhaling van medeklinkers; bij het soms hierop volgend tonisch of tetanisch stotteren spant de patiënt zich met allerlei bewegingen in om de spraakmoeilijkheid te overwinnen. Psychische rust en een wijze van onbewust taalgebruik (zingen) kunnen de moeilijkheden geheel wegnemen, althans zolang de gunstige situatie duurt.

< >