Oostenrijks natuurkundige (Wenen 12 Sept. 1895), werd in 1927 hoogleraar voor natuurkunde aan de universiteit te Wenen en reeds het volgend j aar te Halle, waar hij directeur van het Instituut voor theoretische Natuurkunde was tot 1945. Daarna was hij in Darmstadt en is sinds 1949 hoogleraar te Graz.
Hij beweegt zich vooral op het gebied der quanten- en atomentheorie. Hij heeft bijgedragen tot de classificatie der Röntgenspectra. In 1923 gelukte het hem, op grond van theoretische overwegingen, het Raman-effect aan te tonen. Sedert 1925 behandelde hij vraagstukken betreffende de traliestructuur der kristallen o.a. de trekvastheid van kristallen.
