(Fr.: St Josse-ten-Node), voorstad van Brussel, in Belgisch Brabant, ligt op golvende leem- en zandbodem (113 ha) en telt (1951) 26.867 inw. Er is kleding-, metaal-, chemische nijverheid en tuinbouw; Noordstation van Brussel.
Sedert de Middeleeuwen was de Maalbeek-vallei met haar vijvers en kastelen het lustoord der Brusselaars. Het herenkasteel verdween ca 1927. Het dorp werd van Brussel afgescheiden en bestuurlijk zelfstandig in 1794. De versteedsing begon na de sloping der stadswallen (ca 1825). In 1815 waren er 1300 inw., in 1840 al 8380. Renaissance-kerk (1865) met marmeren hoofdaltaar naar tekening van Rubens. Museum Charlier.Lit.: E. van Bemmel. Hist. de S. et de Schaerbeek (Sint-Joost-ten-Node 1869); Hist. de la commune de S. pendant la guerre mondiale 1914-’18 (Bruxelles 1920).
