Pruisisch-Pools geschiedschrijver (Suleczyn, bij Dantzig, 1556-1620), humanist, vertrouwensman en secretaris van jan Zamoyski en van koning Stefan Batory, verschillende malen bij diplomatieke onderhandelingen betrokken, heeft zijn schitterend en literair door de Commentarii van Caesar bezield geschiedkundig werk gewijd aan de verdediging en de verheerlijking van de politiek en de daden van bovengenoemde staats- en krijgslieden, die, in de volle betekenis van het woord, zijn helden waren. Zijn werk omvat: De bello moscovitico commentariorum libri VI (1588), Rerum Polonicarum ab excessu Sigismondi Augusti libri XII (tot 1602; uitgeg.
Frankfort a. d. M. 1672) en Vita Joannis Zamoscii (uitg. 1861).Lit.: Nehring, De Polonicarum rerum seculi XVI scriptoribus. Pars I. De Reinhaldo Heidensteino, Vratislaviae (Breslau) 1856.