Nederlands geneeskundige (Zaandam 10 Juli 1819 ’s-Gravenhage 24 Jan. 1878), legde in 1840 het examen af voor „stedelijk heelmeester en plattelandsgeneeskundige” en was van 18421860 in Ned.-Indië werkzaam. Hij maakte vooral naam door zijn talrijke geschriften over de vissen in de Ned.-Indische wateren, waaronder de beroemde Atlas ichtyologique des Indes orientales Néerlandaises (1862-1878, afl. 1-36) in de eerste plaats genoemd moet worden.
Verder schreef hij: Reis door de Minahassa en den Molukschen archipel (1857, 2 dln).Lit.: Levensbericht van P. Bleeker door hemzelven, in: Jaarb. v. d. Kon. Akad. van Wetensch. 1877, p. 11-159 (met lijst van zijn publicaties); Eigen Haard 1878, p. 81, m. portret.
