Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 06-08-2022

Louis jacques veltman

betekenis & definitie

Nederlands toneelspeler (Amsterdam 29 Dec. 1817-10 Nov. 1907), was, nog boekhouder op een notariskantoor, spelend lid van de rederijkerskamer Achilles. Hij debuteerde in 1847 aan de Amsterdamse Stadsschouwburg onder J.

E. de Vries c.s., ging in 1859 met De Vries mee naar Frascati in de Nes en vervolgens naar Rotterdam, verbond zich in 1863 bij Roobol, Tjasink en Peters aan de Stadsschouwburg, nam met Stumpff in 1872 de leiding van „De Ver. Tonelisten van de Stadsschouwburg” in het Grand Théâtre, verbond zich in 1876 bij Het Nederlandsch Tooneel, werd in 1879 met Moor, Van Ollefen en Albregt tot vaste bespelers van de Stadsschouwburg benoemd, ging in 1882 (toen het Nederlandsch Tooneel weer in de Schouwburg in ere werd hersteld) met Moor naar het Grand Théâtre en nam in 1894 afscheid van het toneel onder auspiciën van de Kon. Ver. Het Nederlandsch Tooneel. Daarna is hij nog eenmaal opgetreden. Voornaamste rollen Gijsbrecht van Aemstel, Richard III en vele zgn. marqué-rollen.Lit.: Johs. Hilman, Ons Tooneel (Amsterdam 1879); M. B. Mendes da Costa, Tooneelherinneringen (Leiden 1900).

< >