Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-01-2023

LICHTENVOORDE

betekenis & definitie

Gelderse gemeente van 7345 ha ten Z.W. van Winterswijk in de Gelderse Achterhoek of Graafschap, met (1951) 10 700 inw. v.w. 88 pct R.K. en 12 pct Prot., is gelegen aan de spoorlijn Winterswijk-Zutphen. Tot de gemeente behoren het dorp Lichtenvoorde en de buurten Zieuwent, Vragender, Lievelde en Harreveld.

De bodem bestaat uit pleistoceen zand; het hoogveen is grotendeels afgegraven. De bewoners der buurten houden zich in hoofdzaak bezig met akkerbouw en veeteelt. De bewoners van het dorp Lichtenvoorde vinden hun bestaan in de industrie. Het grote overschot aan arbeidskrachten in de akkerbouw en veeteelt in de buurten, alsmede het hoge geboortecijfer, zijn oorzaken van een snelle uitbreiding van het dorp Lichtenvoorde en de aldaar gevestigde industrieën. De voornaamste industrieën zijn: lederwaren-, metaalwaren-, houtwaren-, textiel-, confectie-, vleeswaren-, klompen-, schoenfabrieken en leerlooierijen.Het dorp Lichtenvoorde ligt nabij de oorsprong van de Vordensche beek. Vroeger was de plaats versterkt. Het adellijk slot is gesloopt, nadat het in 1777 door prins Willem V was aangekocht.

< >