Nederlands anglist en foneticus (Nijkerk 27 Nov. 1854 - ’s-Gravenhage 28 Nov. 1937), was achtereenvolgens onderwijzer te Amsterdam, leraar in Engeland, te Leiden en te Amsterdam. In 1884 richtte hij het tijdschrift De Drie Talen op.
Hij droeg er veel toe bij om de fonetiek als grondslag te doen vestigen bij het onderwijs in de moderne talen; publiceerde Röntgenfotografische opnamen van spraakbewegingen (1904), leverde zeer nauwkeurige experimentele studies van verschillende Nederlandse en Friese dialecten en gaf samen met prof. Zwaardemaker het baanbrekende Leerboek der Phonetiek inzonderheid met betrekking tot het Standaard-Nederlandsch uit (1928).Bibl.: Op fonetisch gebied (behalve het reeds genoemde Leerboek): Radiographie des Kehlkopfes (1904); Description phonélique des sons de la langue Frisonne parlée à Grouw (1907); Phonetische beschrijving van de klanken derHindeloopcnsche taal (1913); Phonetische Beschrijving der Schiermonnikoogsche taal (1925); Phonetiek van het Nederlands (1937).
Lit.: Levensber. Mij v. Letterk. te Leiden (1941 -’43).