Hongaars scheikundige (Györ 14 Mei 1889), studeerde te Zürich bij Willstätter en werd in 1922 hoogleraar in de organische chemie te Pécs. Hij werkte eerst vnl. over de constitutie van plantenkleurstoffen en van suikers en polysacchariden.
De algemene toepassing en verbreiding van de chromatografie als methode tot het scheiden van mengsel van chemische stoffen is vooral aan Zechmeister te danken. Sedert 1940 is hij hoogleraar aan het Cal. Inst. of Technology te Pasadena (Gal.).Bibl.: Zur Kenntniss der Cellulose und des Lignins (1913); Carotinoide (1934); Principles and Practice of Chromatography, 2de dr. (met L. von Cholnoky, 1943). Zechmeister is redacteur van: Fortschritte der Chemie organischer Naturstoffe.
PROF. DR J. A. A. KETELAAR.
