Engels generaal (Calton bij Malham Tarn, Yorkshire, ged. 7 Nov. 1619 - St Nicolas Isl. Dec. 1683), onderscheidde zich als officier van Cromwell in de Burgeroorlog (1642-’45) en was tijdens de Republiek diens rechterhand.
Hij stelde na de verjaging van het Rompparlement (1653), met andere officieren, de grondwet op, volgens welke Cromwell Lord Protector werd. Onder Richard Cromwell intrigeerde hij, met een deel van het leger, waarschijnlijk om zelf protector te worden, en ontbond 13 Oct. 1659 het Rompparlement voor de tweede maal. Hij werd echter verdrongen door Monk. Nog voor de restauratie werd hij gearresteerd en hij bleef tot zijn dood in de gevangenis.Lit.: Whitaker, History of Cravan (2de dr., 1812); S. R. Gardiner, Hist. of the Great Civil War (4 dln, 1886); Idem, Hist, of the Commonwealth and Protectorate (4 dln, 1904).