Frans zeevaarder (St Malo 1491 - i Sept. 1557), ondernam in 1534 een reis naar het gebied van de St Laurens, vanwaar hij na vijf maanden zonder veel resultaat terugkeerde. In de jaren 1535 en 1536 leidde hij een nieuwe tocht naar die gebieden; hij overwinterde op het eiland Mont Royal (het tegenwoordige Montreal) en achtte de streek geschikt voor kolonisatie.
In 1541 bracht hij er een aantal kolonisten heen, die als onderkoning zouden hebben François de Roberval. Jaloezie tussen Cartier en Roberval, alsmede conflicten tussen de kolonisten onderling (de meeste waren van het laagste allooi) deden deze eerste Franse kolonisatiepoging in Canada mislukken. Cartier haalde de overgeblevenen terug; de datum van deze laatste reis is niet bekend. Zijn mémoires zijn in 1598 te Parijs uitgegeven onder de titel: Discours du voyage fait par le capitaine Jacques Cartier aux Terres Neufves de Canada.Lit.: Joüon des Longrais, Jacques C. (1888); The Voyages of J. C., publ. from the originals etc. by H. P. Biggar (Ottawa 1924); A collection of documents relating to J.
C. and the Sieur de Roberval. Ed. by H. P. Biggar (Ottawa 1930); G.
Lanctot, Cartier’s first voyage to Canada in 1524, in Canad. Histor. Rev., dl 25 (1944). blz. 233 v.v.