noemt men een taal, die van de algemene taal afwijkt. Het woord betekent dus vrijwel hetzelfde als dialect.
Daarnaast wordt idioom ook gebruikt voor het geheel der zegswijzen, uitdrukkingen en verbindingen, die een bepaalde taal in onderscheiding van andere eigen zijn. Zo behoort het bijv. tot het Nederlandse idioom te zeggen: Verwacht men dat hij dat zal doen?, terwijl het tot het Engelse idioom behoort in zo’n geval te zeggen: Is he expected to do that? (letterlijk: wordt hij verwacht dat te doen?). Een andere eigenaardigheid van het Nederlandse idioom is de verbinding van liggen met te + infinitief (hij lag te slapen); het Engels heeft in dit geval twee persoonsvormen, verbonden door and. In het Middel-Nederlands was dit trouwens ook zo: hij lag ende sliep. Nederlands idioom is de woordorde van: ik heb een appel gegeten-, Frans idioom is de woordorde van: j’ai mangé une pomme.
