is een Vlaamse taalgrensgemeente in de Belgische prov. Brabant, aan de Grote Gete op golvende zand- en leembodem (1745 ha) met (1949) 4530 inw.
Er zijn steengroeven; wijn werd er nog gewonnen in de 17de eeuw. Neolithische en Frankische vondsten. Tot de Franse omwenteling behoorde het dorp tot het prinsbisdom Luik. In 1882 werd het gehucht Bost* afgescheiden. De Barokke parochiekerk (1750) bezit een merkwaardig meubilair en oude beelden. De Vroeggothische kerk van Hoksem heeft een Romaanse toren.