Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

HETEROGENESIS

betekenis & definitie

is een term uit de erfelijkheidsleer, waarmede hetzelfde bedoeld wordt als met het begrip mutatie van Hugo de Vries en die nog vóór het verschijnen van diens Mutationstheorie in de wetenschap werd ingevoerd door de Rus S. Korschinsky.

Reeds deze sprak zich scherp tegen de heersende selectieleer van Darwin uit, daarbij vooral steunend op de ervaringen van de tuinbouwers, en gaf een overzicht van die gevallen, waarin het eerste optreden van bepaalde variëteiten meer of minder nauwkeurig historisch bekend was en men om het sporadische voorkomen der nieuwe vormen en het ontbreken van tussenvormen tot een plotseling, sprongsgewijs ontstaan moest besluiten. Zulke heterogene veranderingen, mutaties zou men thans zeggen, kunnen volgens Korschinsky progressief zijn of achteruitgang betekenen, d.w.z. de organen kunnen gecompliceerder of eenvoudiger worden, en zij zouden teweeggebracht worden door gunstige levensvoorwaarden gedurende een reeks van generaties. Nieuwe vormen onderscheiden zich soms zo sterk van het oorspronkelijke type, dat elke systematicus ze als nieuwe soorten zou beschouwen, als de oorsprong niet bekend was. Korschinsky concludeert, dat bij tuinplanten alle nieuwe vormen of kenmerken door heterogenesis voortgebracht worden en dat selectie van extreme varianten hier niet van betekenis is. Met nadruk wijst ook hij reeds op het optreden van nutteloze kenmerken, dat in het licht van Darwin’s leer niet te begrijpen is.Lit.: S. Korschinsky, Heterogenesis und Evolution (Naturw. Wochenschrift, Bd. XIV, 1899 en Flora, Erganzungsbd. 1901).

< >