Duits dichter (Lübeck 11 Jan. 1853 - Grossborstel bij Hamburg, 8 Febr. 1916), was aanvankelijk in de boekhandel werkzaam, daarna als muziekleraar te Hamburg. Sedert 1903 ontving hij een jaargeld van de senaat der stad en kon hij zich geheel aan de letteren wijden.
Hij werd door Liliencron als dichter ontdekt en was een zeer begaafd lyricus.Bibl: Tanz und Andacht (1893); Neue Fahrt (1897); Gesammelte Werke (5 dln, 1912); Die Stadt mit den goldenen Türmen (1912, autobiografische roman).
Lit.: O. L. Brandt, G. F. (1917); H. Spiero, G. F., ein Lebensbild (1928).
