Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

GREAT SALT LAKE

betekenis & definitie

d.i. Groot Zoutmeer, is het voornaamste meer in het Great Basin (V.S.); het wordt in het O. begrensd door het Wasatchgebergte, in het W. door de Great Salt Lake Desert, een woestijn.

Het meer is gelegen op 1283 m boven zeeniveau; zijn grootste diepte bedraagt 15 m. Het meer is de rest van het veel grotere Lake Bonneville (een der zoetwatermeren die hier in het Pleistoceen zijn geweest), waarvan de kustlijnen nog zichtbaar zijn op de berghellingen. Het zoutgehalte bedroeg in 1939 25 pct; dit cijfer verandert naar gelang van de oppervlakte van het meer en is het grootst als de oppervlakte het kleinst is. Deze laatste is aan vrij grote schommelingen onderhevig: 1935: 3100 km2; 1939: 3900 km2.

De voornaamste rivieren die in het Great Salt Lake uitmonden zijn de Jordan, Weber en Bear River; deze voeren in haar, in hoofdzaak zoete, water toch genoeg minerale bestanddelen aan om het zoutgehalte van het meer op peil te houden. Uit het meer wint men zout, doch niet in zo grote hoe-veelheden, dat dit het zoutgehalte van het water merkbaar beïnvloedt.Lit.: Dale L. Morgan, The Great Salt Lake (Indianapolis 1947, met ui tv. bibliogr.).