Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 06-08-2022

Gozewinus acker stratingh

betekenis & definitie

Nederlands archaeoloog (Adorp 25 Mrt 1804 - Groningen 22 Oct. 1876), vestigde zich als geneesheer te Groningen, trok in 1830 als officier van gezondheid te velde, werd in 1850 eershalve tot doctor in de wisen natuurkunde bevorderd en gaf van 1842 tot 1865 onderwijs aan de landhuishoudkundige school te Haren. Hij was een broederszoon van de volgende.

Bibl.: Natuurlyke hist. d. prov. Groningen (met R. Westerhoff, 1839); Aloude staat en gesch. d. vaderlands (3 dln, 18471852); Kronijken van Emo en Menko (met H. O. Feith, 1866).

Lit.: Levensber. Mij Ned. Lett. (1877).

< >