Lord, Schots rechtsgeleerde en letterkundig criticus (Edinburgh 23 Oct. 1773- Craigcrook 26 Jan. 1850), richtte in 1802 met Sydney Smith en Henry Brougham de Edinburgh Review op, die onder zijn leiding, van 1803-1829, groot literair gezag verkreeg. In politiek opzicht liberaal en whig, wilde de Edinburgh Review in de literatuur de oude standaarden handhaven.
Zelf schreef Jeffrey hierin zeer scherpe, maar volgens het oordeel van latere generaties vaak zeer zonderlinge en kortzichtige critieken, o.m. op de „Lake-poets”, bijv. over Wordsworth’s Excursion (1814). In 1830 werd hij lid van het Parlement, in 1834 rechter en lord.Bibl.: Contributions to the Edinburgh Review (4 dln, 1844, 3 dln, 1846, in één deel 1853); J.’s Literary Criticism, ed. D. Nichol Smith (1910); The Letters of F. J. to Ugo Foscolo, ed. J. Purves (1934).
Lit.: Lord H. T. Cockburn, Life of Lord J., 2 dln (1852); R. Eisner, F. J. und seine kritischen Prinzipien (1908); M. Y.
Hughes, The Humanism of Fr. J. in Modem Lang. Rev. dl 16 (1921), biz. 243 V.; G. Saintsbury, Collected Essays and Papers (dl 1,1923), biz. 79-106; R. C. Bald, F.
J. as a literary critic in: The Nineteenth Century (dl 97,1925); James A. Greig, Fr. J. of the Edinburgh Review (1950).
