(François), 6de president van de Franse republiek (Parijs 30 Jan. 1841 - 16 Febr. 1899), was lederhandelaar en president van de Kamer van Koophandel te Le Havre, sedert 1881 opportunistisch lid van de Kamer van Afgevaardigden, meermalen onderstaatssecretaris van Koloniën en van Mei 1894-Jan. 1895 minister van Marine in het ministerie-Dupuy. Na het aftreden van Casimir Périer werd hij 17 Jan. 1895 tot president van de republiek gekozen.
Onder zijn regering werd het Russisch-Franse militaire bondgenootschap in zijn definitieve vorm gegoten en in 1898 een begin gemaakt — tegen zijn wil — met de revisie van het Dreyfusproces. Zijn dood vond onder geheimzinnige omstandigheden plaats; bij zijn begrafenis op 23 Febr. 1899 deed P. Deroulède een, mislukte, poging tot een staatsgreep.Lit.: F. Martin-Ginouvier, F. devant l’histoire (1895); E. Maillaud, Le président F. (1897) ; F. Bluysen, F. intime (1898) ; E. D. Pijzel, President Faure (1898, Mannen en vrouwen v. beteekenis XXIX, 2); Saint-Simonin, Propos de F. F. (1901).