Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 23-01-2023

EERSEL

betekenis & definitie

gemeente van 3595 ha met (1947) 3767 inw. (bijna allen R.K.), in het Z. van de provincie Noordbrabant. Zij werd in 1923 gevormd door samenvoeging der gemeenten Eersel en Duizel-Steensel. De bodem bestaat uit zand.

Ongeveer ⅗ van de gemeente is cultuurgrond, welke voor ¾ als bouwland en ¼ als grasland in gebruik is. De bedrijven dragen een gemengd karakter. Landbouw vormt het hoofdmiddel van bestaan, doch een belangrijk deel van de bevolking vindt werk in de sigarenindustrie (o.m. in Duizel). Behalve de dorpen Eersel (1930: 1230 inw.), Duizel (403 inw.) en Steensel (392 inw.) bevat de gemeente tal van gehuchten als Schadewijk, Stokkelen, Hees, Boksheide e.a.