noemt men in de wiskunde een punt van een figuur, dat de multipliciteit twee bezit. Bij een vlakke kromme behoren bij een dubbelpunt twee raaklijnen, de dubbelpuntsraaklijnen. Zijn deze reëel, dan spreekt men van een knooppunt en in het tegenovergestelde geval van een geïsoleerd punt; vallen beide raaklijnen samen, dan ontstaat een keerpunt (hetzij een cusp of een snavelpunt; (zie Plücker, formules van).
Bij ruimtekrommen kunnen dubbelpunten enkel optreden, als deze van hogere dan de derde graad zijn.