Engels opticien (Spitalfields bij Londen 10 Juni 1706 - Londen 30 Nov. 1761), stamde uit een Hugenotenfamilie van zijdewevers, was eerst werkzaam in dit bedrijf, maar trad in 1752 in de opticienszaak van zijn zoon Peter (1730-1820). In 1761 werd hij koninklijk opticien en lid van de Royal Society.
In 1757 toonde hij theoretisch de mogelijkheid aan, uit verschillende glassoorten een achromatische lens samen te stellen en in 1758 slaagde hij er in, dit denkbeeld practisch te verwezenlijken en een achromatische refractor te construeren. Na zijn dood vervaardigde zijn zoon Peter met zijn schoonzoon Ramsden (1735-1800) uitstekende achromatische kijkers, terwijl zij ook achromatische lenzen voor microscopen construeerden. De waarnemende astronomie was zeer gebaat bij de ontwikkeling van het achromatisme, omdat het nu niet langer nodig was, de bezwaren van de chromatische aberratie te ontgaan door lenzen van zeer grote brandpuntsafstand te gebruiken, zoals Huygens gedaan had. John Dollond verbeterde ook de heliometer door invoering van een diametraal gedeeld objectief, waarvan de twee helften ten opzichte van elkaar verschoven konden worden. Later is gebleken, dat in 1733 reeds achromatische lenzen waren gemaakt door Chester More Hall, die zijn uitvinding echter niet bekend heeft gemaakt.DR E. J. DIJKSTERHUIS
Lit.: John Kelly, The life of J. D. (3de dr., London 1808).