Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 23-01-2023

DOGGEN

betekenis & definitie

reeds vroeg voorkomende hondensoort, hoewel het korte, brede doggenhoofd met hangende oren geheel afwijkt van het spitstoelopende met staande oren van de hondachtige roofdieren. Basreliëfs van Assurbanipal’s paleis te Nineve uit de 7de eeuw v.

Chr. tonen reeds honden als bullmastiffs op de jacht en veel grotere als bewakers van graftomben. Er bestaan nog oudere bewijzen van het doggenhoofd. Bij de vele verklaringen van deze erfelijke verandering, waarvan chondrodystrophie in wetenschappelijke kringen bijval vindt, heeft zich de retardatie-theorie van prof. Bolk gevoegd. De dog is vaak in andere rassen ingekruist om zijn moed. Andere karaktertrekken zijn: trouw, sentimentaliteit, sterk geheugen en enige stijfhoofdigheid. Geduchte vechters door hun bijtkracht, moed en volharding, maar slechts bij hoge uitzondering onbetrouwbaar. Hij komt meer dan andere groepen van hondenrassen met de mens overeen. Tot de echte doggen behoren o.a. mastiff, Bordeauxdog, Engelse en Franse buldog, boxer, Spaanse dog, mopshond, St Bernhard en Tibetdog. Tot de lichte o.a. Pyrenese, Hongaarse en Italiaanse berghonden en de Zwitserse sennenhonden.

< >