dwangstand van de ogen in een bepaalde blikrichting. De patiënt heeft bijv. beide ogen in uiterste stand naar links, naar rechts of naar boven gewend.
Het verschijnsel komt vooral voor bij bloedingen in één helft van de grote hersenen. De ogen worden dan krampachtig gewend naar de zijde van de bloeding: „de patiënt kijkt naar zijn ziektehaard”. Soms ziet men het verschijnsel ook bij ziektehaarden in de hersenstam. In dat geval pleegt de patiënt „van zijn haard af” te kijken. Ook in het begin van een focale epileptische aanval kan men herhaaldelijk een „van de haard af” gerichte déviation conjugée waarnemen.
