Nederlands paedagoog (Amsterdam 9 Oct. 1871), oorspronkelijk opgeleid tot onderwijzer, was (1917-1937) inspecteur voor het Middelbaar en Gymnasiaal Onderwijs en had als regeringsvertegenwoordiger zitting in de Commissie tot een betere regeling van de toelating tot het M.O. Het rapport van deze Commissie, gewoonlijk genoemd „Rapport-Bolkestein”, heeft grote invloed gehad op de vernieuwing van de didactiek van het L.O.
Een tweede „Rapport-Bolkestein” had betrekking op de aansluiting van voorbereidend hoger en middelbaar onderwijs met het hoger-onderwijs. In 1939 werd hij benoemd tot minister van Onderwijs, als hoedanig hij de gehele oorlog te Londen in functie is geweest en aan zijn plannen tot reorganisatie van het onderwijs, die in Mei 1940 in voorbereiding waren, is blijven voortwerken. Van 1945-1948 was hij persoonlijk adviseur van de minister, betreffende de vernieuwing van het onderwijs. In 1946 werden zijn voorstellen onder de naam „Plan-Bolkestein” gedeeltelijk gepubliceerd.