is de algemene Maleise naam voor gutta-percha* (of getah-pertja) leverende bomen uit de fam. der Sapotaceeën* en wel voor verschillende soorten Payena en Palaquium. Ook gebruikt men die naam wel voor producten dier bomen.
Zo heet Payena Leerii Kurz: balam beringin, Payena sericea H. J. Lam: balam doerian, en PayenaAantung H. J. Lam: balam kedjil. Palaquium gutta Burck heet balam tembaga, Palaquium sumatrana Burck: balam pipit.
De bomen groeien op Sumatra, Bangka, Borneo, Riouw en Malaka. Behalve gutta percha leveren de meeste ook goed timmerhout, terwijl van verschillende soorten, o.a. van Palaquium gutta uit de zaden een uitstekend spijsvet verkregen wordt.Lit. K. Heyne, De nuttige Planten van Ned.-Indië, 2de dr. (1921).