Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 18-10-2023

Arthur van OOST

betekenis & definitie

Vlaams componist (Leuven 12 Sept. 1870 - Diest 15 Apr. 1942), studeerde te Leuven bij Em. Mathieu, later te Brussel bij Huberti, ontving echter een beslissende opleiding van J.

Blockx, te Antwerpen. Hij was sedert 1904 bestuurder van de stedelijke muziekschool te Diest.Hij schreef liederen, koren en cantaten en scenische werken, o.a. 4 opera’s (Lika, lyrisch drama in één bedrijf en 2 taferelen, 1898; Het Minnebrugje, één bedrijf, 1899; Het Paradijs, één bedrijf 1905; Rozemarijntje, opera in 3 bedrijven, 1910).

Zijn populairste werk bleef De zingende Molens, een zangspel dat grote bijval beleefde te Parijs in 1912 en 1913 en sedertdien op het repertorium in de Vlaamse opera in België bleef. Van zijn operetten werden gewaardeerd: Fientje Beulemans (tekst Fr. Fonson en Fern. Wicheler), Panfluit (t. van G. Garnir), Le Cousin de Poperinghe, Het liedje van Leuven, Joyeux Exil, Le roi de Bohème, Circé, La Puce d’or, De twee medailllons, Someltes (t. van G. Vaxelaire).

Lit.: LeopoldLamey.In memoriam A. v. O. (Leuven 1942).

< >