(of Stamboliski), Bulgaars politicus (Slawowitsa 1 Mrt 1879 14 Juni 1923), was de leider van de in 1908 gestichte radicale boerenpartij en werd 6 October 1919 eerste minister, omdat hij een tegenstander van de oorlog aan de zijde van de Centralen en Turkije geweest was. Met de Entente moest hij de Vrede van Neuilly sluiten (27 November 1919).
Daarna zocht hij toenadering tot de oude tegenstanders, met name tot Joegoeslavië, waaraan hij beloofde de Bulgaarse „komitadsji’s” hun revolutionnaire actie in Macedonië te zullen beletten (Overeenkomst van Nisj, 1922). In zijn binnenlandse politiek voerde hij sociale hervormingen ten bate van boeren en arbeiders door. Maar de voormalige machthebbers (vnl. officieren) beschuldigden hem te heulen met de communisten en de nationale doeleinden der Bulgaarse politiek te verloochenen. Op 9 Juni 1923 gelukte een staatsgreep der „democraten”, die Stamboeliski en zijn genoten er van beschuldigden een dictatuur te hebben uitgeoefend. Hij werd op de vlucht gedood.Lit.: Petkow, A. S. (1930, Buig.); R. W. Seton-Watson, in: Slavonik Review (1923-’24), blz. 407.