is in het militaire strafrecht degeen die een samenspanning tot het plegen van een militair misdrijf veroorzaakt. Om de ontdekking van zodanige samenspanningen te bevorderen, bepaalt art. 83 van het Wetboek van Militair Strafrecht, dat de strafvervolging is uitgesloten tegen den deelnemer aan een samenspanning die, vóórdat de overheid met het bestaan daarvan bekend is, haar op zodanige wijze daarvan kennis geeft, dat dientengevolge het plegen van het voorgenomen misdrijf wordt voorkomen.
Deze gunstige bepaling geldt echter niet voor hem van wien blijkt, dat hij aanlegger is geweest.