Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 20-08-2018

Woud

betekenis & definitie

Woud is de naam van die gedeelten van de oppervlakte der Aarde, welke met een gezelligen boomgroei zijn bedekt. Woud is een woord van meer algemeene beteekenis dan bosch of forst (zie aldaar), dewijl hiermede eene bepaalde soort van woud is aangeduid, namelijk eene zoodanige, welke tot het afwerpen van winst of een dergelijk oogmerk is aangelegd of ingerigt. Het woud behoort tot de oorspronkelijke vormen van den plantengroei, ouder dan alle menschelijke beschaving. Hier ontwaart men den strijd der hoornen om licht en lucht en om voldoende ruimte voor hunne wortels.

Zonder eenige regelmaat groeijen er de jonge boomen naast de oude, terwijl er zich verschillende houtsoorten verheffen, en slechts zulke stammen, die zich door eene krachtige ontwikkeling onderscheiden, behalen daarbij de overwinning, terwijl eindelijk ook deze in vermolmden toestand voor den storm bezwijken. Overal vindt men in het oorspronkelijk woud, met betrekking tot den ouderdom en de soorten van boomen, de schilderachtigste verwarring, terwijl in het kunstwoud (bosch, forst) de boomen regelmatig zijn gerangschikt. Het woud is in onbewoonde streken een beletsel voor de ontginning van gronden. Men moet het uitroeijen om bouwgrond en alzoo gelegenheid voor kolonisatie te verkrijgen. Die verandering van wouden in bouwlanden heeft een belangrijken invloed op het maatschappelijk leven. Intusschen mag men dat uitroeijen niet overdrijven, want er bestaat steeds behoefte aan timmer- en brandhout, voorts aan boomvruchten, boombast, boombladeren enz., en tevens is de gesteldheid van een gewest gedeeltelijk afhankelijk van zijne wouden. Eene roekelooze uitroeping der bergwouden veroorzaakt in de dalen overstroomingen, het derwaarts voeren van gerolde steenen, het ontblooten der gesteenten van vruchtbare aarde en berooft de bouwlanden van eene zegenrijke bescherming tegen koude luchtstroomen. Ook in de vlakte vervult het woud eene merkwaardige rol.

Alleen eene blijvende bedekking van den grond met wortelschietend boomgewas kan er perk stellen aan noodlottige zandverstuivingen. Vooral brengen aan de kust de wouden de duinen tot vastheid. Ook met betrekking tot het klimaat van een land, tot den waterstand in de rivieren en tot de gemiddelde hoogte van het water in den bodem zijn de wouden van groot belang. De wouden toch regelen het klimaat doordien zij de uitersten van warmte en koude matigen, de betrekkelijke vochtigheid des dampkrings verhoogen en een geleidelijk indringen in den bodem en desgelijks een langzaam wegzakken van den dampkringsneêrslag bevorderen. Voorts verhoogen de wouden in niet geringe mate de schoonheid van een landschap en hebben een bepaalden invloed op het gemoedsleven des volks. In geheel Europa is 27—28% van den grond met wouden bedekt, en wel van de honderd deelen in Griekenland 14, — in Europeesch Turkije 24, — in Italië 14, — in Spanje 20, — in Portugal 5, — in Oostenrijk-Hongarije 29,5, — in Duitschland 25,7, — in Zwitserland 17,5, — in Frankrijk 15,8, — in België 10,6, — in Nederland (met Luxemburg) 7, — in Groot-Brittanje en Ierland 4, — in Europeesch Rusland 38, — in Zweden 29, — in Noorwegen 66, — en in Denemarken 6. In de verschillende gewesten van elk dier landen is het woud zeer ongelijk verdeeld; Frankrijk bijv. heeft in het noorden veel bosch, doch is in het zuiden daarvan ontbloot.

In Duitschland is bijv. in Oost-Friesland slechts 2% en in de Rijnpfalz en in Thüringen zelfs 39% van den grond met wouden bedekt, — en ook in Rusland kan men een verschil waarnemen van 5 tot 61%. Treurige gevolgen van het roekeloos uitroeijen van wouden heeft men ondervonden in het zuiden van Frankrijk, in Spanje, Griekenland, de kustlanden van Triëst en ook in vele gewesten van Duitschland. De gemiddelde waterstand der rivieren is er in de laatste honderd jaar aanmerkelijk gedaald, alsmede de spiegel van het grondwater, hetwelk een toenemend uitdroogen van den bodem ten gevolge heeft. Er zijn dan ook in onderscheidene Staten wetten uitgevaardigd ter bescherming van de wouden. In ons Vaderland heeft men naauwelijks andere overblijfselen der voormalige wouden dan het Beekberger woud in Gelderland.