Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 20-08-2018

Twesten

betekenis & definitie

Onder dezen naam vermelden wij:

August Detlev Christian Twesten, een verdienstelijk Protestantsch godgeleerde, geboren den 11den April 1789 te Glückstadt. Hij studeerde te Kiel, werd leeraar aan een gymnasium te Berlijn, in 1814 professor in de godgeleerdheid te Kiel en in 1835 te Berlijn, waar hij zich bewoog in de rigting der Luthersche regtzinnigheid. Van zijne geschriften noemen wij: „Vorlesungen über die Dogmatik der evangelisch-lutherischen Kirche (dl 1,1826; 4de druk, 1838, dl 2, 1837)”, — „Grundrisz der analytischen Logik (1834)”, — en „Matthias Flacius Illyricus (1844)”. Hij overleed den 8sten Januarij 1876 als opperconsistoraalraad en lid van den evangelischen opperkerkeraad.

Karl Twesten, een Duitsch staatsman en een zoon van den voorgaande. Hij werd geboren te Kiel den 22sten April 1820, studeerde te Berlijn en te Heidelberg in de regten, was in regterlijke betrekkingen werkzaam, werd in 1861 wegens zijn vlugschrift: „Was uns retten kann” in een duel met generaal Manteuffel gewond, zag zich benoemd tot lid van het Pruissische Huis van Afgevaardigden, waar hij eerst tot de „Fortschrittspartei” en vervolgens tot de Nationaalliberalen behoorde, nam voorts zitting in den Rijksdag van den Noord-Duitschen Bond, werd in een staatkundig procés gewikkeld, zoodat hij de staatsdienst verliet en eene stedelijke betrekking te Berlijn aanvaardde, en overleed den 14den October 1870. Van zijne geschriften vermelden wij nog: „Schiller in seinem Verhältniss zur Wissenschaft (1863)”,— „Macchiavelli (1868)”, — en „Die religiösen, politischen und socialen Ideen der asiatischen Kulturvölker und der Aegypter (1873, 2 dln)”.

< >