Winkler Prins

Anthony Winkler Prins (1870)

Gepubliceerd op 20-08-2018

Sylt

betekenis & definitie

Sylt of Silt, van het oud-Friesche woord Silendi (Zeeland), een eiland in de Noordzee, tot het arrondissement Tondern der Pruissische provincie Sleeswijk-Holstein behoorend, ligt 12—22 Ned. mijl van de kust van Sleeswijk verwijderd, is van het noorden naar het zuiden 36 Ned. mijl lang, 1—12 Ned. mijl breed en telt omstreeks 3000 inwoners. Het noordelijk gedeelte draagt den naam van List en het zuidelijke schiereiland dien van Hornum. In het midden strekt naar het zuidoosten een breed schiereiland zich uit in de wadden, en de uiterste punt daarvan heet Nösse. Zandheuvels of duinen bedekken het zuidelijk schiereiland, alsmede de noordelijke helft van het noordelijk schiereiland, terwijl het middenste gedeelte, op eene tertiaire vorming rustend, geest- en marschgrondenbevat, welke laatste zich naar de zijde der wadden door aanslibbing gedurig uitbreiden, terwijl aan de zeezijde golven en stormen het eiland gedurig belagen en de duinen landwaarts voortstuwen.

In Januarij 1300 werd het vlek Wenningstadt aan de westkust, in 1362 het dorp Steidum door de zee verslonden. De belangrijkste plaatsen zijn er: Keitum met 850 inwoners, Tinnum en Morsum op het oostelijk, Nieuw-Rantum op het zuidelijk schiereiland, Westerland aan zee met eene badgelegenheid (sedert 1877), Kampen met een vuurtoren en List. De inwoners z}jn Friezen, doch die van List Denen. Het onderwijs, de godsdienstoefening en de regtspraak geschieden er echter in het Duitsch. Niet ver van den vuurtoren werden vóór korten tijd oud-Heidensche begraafplaatsen van aanmerkelijken omvang gevonden. Sylt werd in den oorlog van 1854 door den Deenschen kapitein Hammer sterk geteisterd, maar den 13den Julij door de Pruissen in bezit genomen. Sedert dien tijd heeft de Pruissische regéring groote sommen besteed, om de westzijde tegen dreigende afbrokkeling te behoeden.

< >