Stemvork is de naam van een tweetandig, met een steel voorzien werktuig van staal, dat, in trilling gebragt, een bepaalden muzikalen toon, gewoonlijk a, doet hooren. Het is in de 18de eeuw door John Shore, een Engelsch musicus, uitgevonden en dient bij het stemmen der instrumenten van een orkest, om aan deze dezelfde hoogte van toon te bezorgen. In vroegeren tijd stemde men deze in den koortoon en in kamertoon, doch thans bedient men zich algemeen van laatstgenoemde. Intusschen verschilt de hoogte van den kamertoon in de verschillende hoofdsteden van ons werelddeel, en ook in verschillende tijden.
In de dagen van Lully was hij 11/2 toon lager dan thans. Sedert Händel en Glück is hij een heelen toon geklommen en sedert Mozart een halven. De eenmaal gestreepte a telde in 1788 te Parijs 409 trillingen in de seconde, — in 1835 aldaar 449, — en in 1850 te Weenen en Berlijn 442. Om het gestadig klimmen van den toon te beletten, heeft men in 1834 in Duitschland volgens de bepaling van Scheibler vastgesteld, dat hij 440 trillingen moest tellen, waarna men in 1858 te Parijs, op last van Napoleon I een nieuwen kamertoon (diapason normal) vaststelde van 435 trillingen voor bovengemelden toon a. Men heeft dien ook elders aangenomen, zooals te Berlijn, te Weenen en te Dresden. Volgens Helmholtz heeft de eenmaal gestreepte a op grond der nieuwste bepaling van de Académie te Parijs 4371/2 trillingen in de seconde.